28 November: Machu Picchu
Of we om half zes bij de bushalte wilden zijn. Oftewel half vijf opstaan en om vijf uur ontbijten. Voordeel van vroeg naar boven is dat het relatief rustig is bij Mach Picchu. Relatief rustig betekent dat je met slechts driehonderd man tegelijk met bussen naar boven gaat. Machu Picchu is werelderfgoed, er komen drommen mensen op af.
Eenmaal boven blijkt dat het gewoon heerlijk weer is. Dat is het hier meestal in de ochtend en in de late middag. Tussendoor plenst het vaak.
Dit is een tempel waarvan de basis uit één stuk rots bestaat.
Het dorp/complex heeft eigenlijk geen naam. Machu Picchu is de naam van de berg. Het betekent oude berg. Er tegenover ligt Huayna Picchu, wat nieuwe berg betekent. Hier een doorkijkje naar Huayna Picchu.
Dit is net een ansichtkaart foto van Huayna Picchu.
De Inca's zijn beroemd om hun bouwwerken. Alle stenen passen naadloos op elkaar, stenen hebben tot tweeëndertig hoeken. Hoe ze die zo mooi passend krijgen? Ze zoeken een soort kerf of nerf in de steen, hakken dat verder uit en steken houten stokken in de ontstane gaten. De stokken maken ze nat, zodat ze uizetten en voilà.
Wat sfeerbeelden van het complex.
Er is ook een soort kruidentuin waar o.m. een exemplaar van de cocaplant staat.
We hebben er baat bij op deze hoogte. Je kauwt op een paar blaadjes en je voelt
je een stuk prettiger. Smaak? Naar gras, bweh.
Stom dat we gisteren niets bij ons hadden... We hadden het goed kunnen
gebruiken.
Er vliegen hier ook een paar kolibrietjes rond. Razend snelle vogels, die je met moeite kunt fotograferen. Er zijn meer dan tien soorten in deze omgeving. Dit lijkt ons een reuzenkolibrie .
Hieronder zie je twee zogenaamde sterrenstenen. Het water in de kom weerspiegelt bij helder weer de sterrenhemel.
Tegen een uur of elf komen de eerste wolken alweer aanzetten. De voorbode van de middagregen. We maken ons alvast op om naar beneden te gaan. Dit keer gaan we te voet. Dat is nog een aardige tippel van een uur. Je voelt je kuiten!
Beneden aangekomen is het tijd voor de lunch. Aguas Calientes ligt in zijn geheel aan de spoorlijn. Vrijwel al het dorpsleven speelt zich af rond de rails. Zo zitten we genietend van een biertje en een kingsize pizza te kijken naar Inca band nummer zoveel die aan het opbouwen is voor onze neus. In de verte nadert, niet verwonderlijk, een trein.
Op het dorpsplein staat een protserig standbeeld van een eens machtige Incaheerser, Pachacutec.
We moeten nog wat uurtjes doorbrengen in het dorp, maar dat is geen straf. De trein terug naar Ollantaytambo gaat pas om zes uur vanavond.
In de trein is het bloedheet. Bij aankomst op het treinstation van Ollantaytambo worden we opgewacht door Courtney. Zij heeft ervoor gezorgd dat onze koffers in de juiste bus naar Cusco zijn geladen.
De chauffeur van de bus scheurt in twee uur in het pikkedonker door de bergen naar Cusco. Cusco, volgens de Inca's de navel van de aarde, ligt op 3400 meter hoogte. Dat komt bij ons aan als een mokerslag. De vermoeidheid van de afgelopen dagen doet daar nog een schepje bovenop. We zijn steendood, daar helpt ook geen kop cocathee meer aan.